Radio Oranje: Historische wedstrijd Zaanse Oranjeveteranen

75 jaar Vrijheid vier je met elkaar. “En met veel bier”, schalde het veteranenteam bij de popquiz, die weer een grandioos succes was. Bij die quiz is meedoen belangrijker dan winnen, vinden de Veteranen. De muzikale kwaliteiten zijn gelukkig niet exemplarisch voor de prestaties op het veld. Dit geldt omgekeerd overigens ook voor de winnaar van de quiz, die officieel nog lid is van de veteranen, maar zich nog nooit heeft laten zien. Nieuwe veteranen noemen hem “The Stig”.

Alle leuke feestjes terzijde, dit jaar vieren we vooral 75 jaar vrijheid. Ook bij ZCFC. We spelen niet voor niets in Oranje. De kleur van de vrijheid. De kleur van hoop in de vijf bange bezettingsjaren. De titel van de radiouitzendingen uit Londen, onderdeel van de strijdkreet OZO (Oranje Zal Overwinnen). De meest getooide kleur op bevrijdingsdag 5 mei. Evident dat de club die zichzelf op Wikipedia Zaans Oranje noemt vrijheid hoog in het vaandel heeft en daar dit jaar uitgebreid bij stilstaat.

Het is mei 1944, alles is op de bon. ZCFC speelt haar wedstrijden op het Oostzijderveld, maar omdat het spannend is welke spelers er op komen draven omdat ze óf moeten onderduiken, óf omdat ze voor de bezetter moeten werken, al dan niet vrijwillig, worden de velden per wedstrijd gehuurd van de veldeigenaar VVZ. Joden spelen er niet bij de club, maar binnen het principiële protestante speelveld zijn er genoeg die óf principieel voor de bezetter werken, óf principieel tegen zijn. De tegenstanders zitten in het verzet, zitten ondergedoken, of helpen onderduikers. Hoe de verhouding voor- en tegenstanders is, is onbekend. Toch probeert ZCFC in mei 1944 een toernooi te organiseren. De prijzenpot: Een pak havermout en twee pakjes sigaretten. Op datzelfde moment wordt in het Olympisch stadion in Amsterdam de beslissingswedstrijd gespeeld voor het algeheel Nederlands landskampioenschap. Winnaar: De Volewijckers.

Het kan verkeren. We vieren 75 jaar vrijheid. En dat jaar trapten de Oranjeveteranen (1 pak havermout en twee pakjes sigaretten) af met een thuiswedstrijd tegen e laatste lamndskampioen onder de Duitse bezetting. Een kritische kijker meende een speler te herkennen die het landskampioenschap destijds meemaakte. Hoogst onwaarschijnlijk. Logischer is dat één van de spelers “het wonder van Zuilen” mee heeft gemaakt. In 1962 promoveerde De Volewijckers naar de Eredivisie na een gelijkspel tegen Elinkwijk. Vijf minuten voor tijd stonden ze met 4-1 achter. Het werd 4-4 tegen de moegestreden Utrechters.

Speler-manager Martin Maij had dit in zijn achterhoofd toen hij de opstelling verklapte, zo’n half uur voor de aftrap. De enige manier om deze ploeg kapot te spelen is door ze voortdurend op te jagen. Omdat de luchtvoorraad in de veteranenlongen niet toereikend is, werden zes spelers op de bank geposteerd, die er pas in de tweede helft in mochten. Een bank vol adrenaline, het is vragen om problemen.

Milo Smis besloot in de kantine warm te draaien, terwijl de hagel uit de lucht kwam. De snijdende kou was vooral in het voordeel van de bankzitters. Het eerste kwartier kenmerkte zich dan ook door slechte passes, positiespel dat niemand snapt en opmerkingen vanaf de bank, die de Muppet Show niet zullen halen. Ibi ging nog een keer gestrekt op een gevaarlijke counter: gejuich vanaf de bank. Milo deed een trucje dat ie geleerd heeft van de streetkings: gejuich vanaf de bank. Een tegengoal: Gemopper. Je moet wat als je het koud hebt. Konijn scoorde, gaf assists, Besim zat er lekker in, net als Ate, Richard en Herman: 4-1 met rust.

Intussen speelden de onzichtbare ankers Jan J en Lex M een cruciale rol door met een subtiele voetbeweging de toch al op spanning staande hamstring van beide Volewijckersspitsen te raken. Na rust was het Galery play. Samba voetbal. Prachtig uitgespeelde kansen, afgewisseld met missers, die in de top tien van de blooperband komen. Treffend was de splijtende dieptepass van Lex S op Roland. Die stopte met rennen: “Lex dat haal ik niet meer”. De strategie van Martin werkte. Nadat Roland en Ron vervangen werden door Ben en Besim liepen we uit naar 8-2. Doelpunt van de dag: Kamiel. Niet mooi, maar wel raak en in mijn beleving de eerste sinds zijn return.

ZCFC telde haar zegeningen na de oorlog. Het Zaans Oranje telde in 1945 nog maar 36 leden, 5 ballen en een handpomp. Precies de aantallen die bij de hedendaagse Veteranen horen. De wedstrijd tegen De Volewijckers is een mooie aftrap van het herinneringsjaar. Misschien moet ZCFC als club eens overwegen een oorlogsmonument te adopteren. Er zijn er 28. Mijn voorkeur gaat uit naar de plaquette op de Prins Hendrikkade in Zaandam. Hier stierven op 9 februari 1945 tien vrijwilligere schrijvers van de Protestante en Oranjegezinde verzetskrant Trouw. Zij werden gefusilleerd. Hierdoor zijn de levens van 25 willekeurige Zaankanters gespaard gebleven. Dat hadden onze (groot)ouders kunnen zijn. www.monumentenspreken.nl/documentaires Nummer 20.

Fred (Bul) Kater, die genoemd wordt in dit verhaal, was de enige zoon van banketbakker Kater. De eigenaren stopten met hun bakkerij, na het verlies van hun zoon. Banketbakker Kater op de gedempte gracht werd overgenomen door de familie Bütter

De stand laat zien dat er in deze competitie drie teams zijn die aanspraak maken op de titel: ZCFC, Kadoelen en Geuzenmeer 3. Doelsaldo wordt cruciaal. Misschien kunnen we concluderen dat we op de eerste competitiedag van het jaar van de vrijheid het kampioenschap hebben verloren tegen de laatste landskampioen onder Bezet Nederland, doordat we veel kansen onbenut lieten. En dat voelt als een vorm van geschiedsvervalsing.

RvT